De twee butskoppen die vorige week dood aanspoelden aan de Zeeuwse kust, zijn waarschijnlijk overleden na een aanvaring met een schip. Ook hadden de dieren niet meer in de Noordzee gegeten. Dit blijkt uit onderzoek uitgevoerd door de Universiteit Utrecht en Wageningen Universiteit. 

Onderzoeker Lonneke IJsseldijk: “De twee volwassen vrouwtjes zijn vermoedelijk in een scheepsschroef terecht gekomen en hadden daardoor ernstige verwondingen opgelopen. We weten niet of de butskoppen door hetzelfde schip en op hetzelfde tijdstip zijn aangevaren. Wel weten we dat de laatste waarneming te midden van de drukke vaarroute in de Westerschelde was en het is dan ook aannemelijk dat de aanvaring daar heeft plaats gevonden. De pathologen hebben geen tekenen gevonden dat de dieren ziek waren. De dieren waren daarnaast niet mager, maar mogelijk wel verzwakt doordat ze al een poosje niet gegeten hadden.”

Uit het dieetonderzoek, dat is uitgevoerd door Wageningen Marine Research (WMR), bleek dat de dieren geen lokale prooi hadden gegeten. Mardik Leopold (WMR): “Er zijn enkele duizenden inktviskaakjes aangetroffen in de magen van beide dieren. Deze inktvissoorten komen alleen in de Atlantische Oceaan voor en de kaakjes kunnen enkele weken in de magen achterblijven. De butskoppen hadden niet meer gegeten sinds ze in de Noordzee zwommen.” In de magen van beide butskoppen werden daarnaast stukjes touw aangetroffen. Bij één van de dieren ging het om een stuk groen touw van een visnet, bij de ander om een stuk bruin touw wat niet kon worden herleid. Bij beide dieren had het geen problemen veroorzaakt. 
Het is onduidelijk wat de dieren in de ondiepe Noordzee deden. Van butskoppen is niet veel bekend, wel dat ze op twee kilometer diepte naar hun prooi zoeken. Het is daarom ook zeldzaam dat er een butskop aanspoelt in Nederland. De laatste stranding in Nederland dateert van 1993. 

De overlijdens passen in het plaatje van meerdere strandingen van spitssnuitdolfijnen (de butskop behoort ook tot deze groep) sinds augustus. In Nederland, maar ook in België, Engeland, Ierland en IJsland. Strandingsonderzoekers van de verschillende landen gaan samen op zoek naar de oorzaak van deze strandingen.